Zakelijkheidsvereiste bij de juridische splitsing voor de overdrachtsbelasting
Als in het kader van een juridische splitsing onroerende zaken worden overgedragen, kan voor de heffing van overdrachtsbelasting een beroep worden gedaan op de vrijstelling van art. 15 lid 1 onder h WBR, mits de splitsing niet in overwegende mate is gericht op het ontgaan of uitstellen van de belastingheffing. Hiervoor geldt een bewijsvermoeden. Als de aandelen in de afgesplitste vennootschap binnen drie jaar worden verkocht, moet de vennootschap aannemelijk maken dat aan de splitsing zakelijk overwegingen ten grondslag lagen.
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.