Gedragingen pandhouder geen aanleiding om stemrecht te ontnemen ex art. 2:342 BW
CasusX en Y drijven door middel van tussenholding A een vennootschap in Madrid (B). B richt zich op de exploitatie van een gebouwencomplex en de verkrijging van het complex is door een consortium van banken gefinancierd. Z is een van de consortium banken. Ten behoeve van Z is een pandrecht gevestigd op aandelen in A. Overeengekomen is dat het stemrecht op aandelen in A overgaat op Z onder opschortende voorwaarde van verzuim. Tevens hebben X en Y vooraf toestemming gegev…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
