Pas bij overlijden opeisbare schuldigerkenning uit vrijgevigheid vervalt door overlijden
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat een pas bij overlijden opeisbare schuldigerkenning uit vrijgevigheid (waaraan niet reeds uitvoering is gegeven) vervalt door overlijden omdat deze niet ertoe strekt tijdens het leven van de schenker te worden uitgevoerd (art. 7:177 BW). Casus Erflaatster E heeft tussen 1994 en 2001 een aantal bedragen uit vrijgevigheid schuldig erkend aan haar kind. E overlijdt in 2006. Alleen van de eerste schenking is een notariële akte opgemaakt, de overige schenkingen…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleProcedureverloop
Hoge Raad, 09-12-2011, ECLI:NL:HR:2011:BU7268
Gerechtshof Arnhem, 15-02-2011, ECLI:NL:GHARN:2011:BP5771
Gerelateerde wetstoelichtingen
Aftrekbare schulden en lasten (art. 20 SW)
Schenking (art. 7:175 - 7:188 BW)