Regels van opdracht van toepassing op notaris en zijn cliënt bij terbeschikkingstelling van geld door cliënt ten behoeve van derden
CasusA leent geld aan B, ten behoeve van een vriend van B, te weten C. B zal het ter beschikking gestelde geld doorbetalen aan C. Het geld zou aan A worden terugbetaald; dit gebeurt echter niet. A vordert het geleende geld in procedure terug. Zij stelt dat B het geld zelf heeft gehouden. Het Hof heeft de vordering van A afgewezen. Volgens het Hof is tussen partijen een overeenkomst van opdracht ontstaan. De stel en bewijsplicht uit art. 150 Rv rust, volge…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleGerelateerde wetstoelichtingen
Opdracht in het algemeen (art. 7:400 - 7:404 BW)
Overeenkomst notaris-cliënt (art. 16 Wna)