Geen correctie werkelijk ontvangen huurprijs naar zakelijke huurprijs

X en zijn partner zijn voor 50% eigenaar van een tweede woning. M, de vader van X, bezit de andere 50%. M huurt het 50%-deel van de woning van X. In geschil is voor welke waarde de woning bij X en zijn partner in de box 3-heffing moet worden betrokken en hoe hoog het werkelijk behaalde rendement is.

Het Hof oordeelt in casu dat het ongerealiseerde rendement tot het werkelijk behaalde rendement behoort, gelet op de arresten van de Hoge Raad van 6 juni 2024 (ECLI:NL:HR:2024:704/ECLI:NL:HR:2024:705), en moet worden bepaald aan de hand van de WOZ-waarden aan het begin en het eind van het belastingjaar overeenkomstig art. 5.20 Wet IB 2001. Nu het hier gaat om een verhuurde woning, dient de leegwaarderatio te worden toegepast. Voorts stelt het Hof dat de werkelijk ontvangen huurprijs niet hoeft te worden gecorrigeerd naar een zakelijke huurprijs. Bovendien komt aan X geen compensatie van renteschade toe nu geen sprake is van schending van art. 1 EP jo. art. 17 EVRM.