Aanwezigheid van niet aanvaarde lasten leidt tot teruglevering van dienstwoning aan verkoper

In 2007 verkoopt en levert V aan zijn collega K een woning welke is verbonden met een erachter gelegen bedrijf waarin beiden werkzaam in zijn. In 2008 woont K in de woning maar werkt hij niet meer in het bedrijf. De gemeente meldt dat K de woning moet verlaten omdat hij in strijd met een bestemmingsplan handelt op grond waarvan de woning een dienstwoning is en slechts bestemd is voor personen die op enigerlei wijze betrokken zijn bij het achterliggende bedrijf. Kort daarop ontbindt K de koopovereenkomst en vordert medewerking van V aan de teruglevering van de woning en terugbetaling van de koopprijs. Volgens het Hof rust op de woning een bijzondere beperking in de zin van art. 7:15 BW en is V op grond daarvan als verkoper in beginsel verplicht de woning zonder deze beperking te leveren. Het is niet van belang dat de gevolgen van deze beperking zich op het tijdstip van de levering van de woning nog niet voordeden omdat K toen wel werkzaam was bij het bedrijf in het achter de woning gelegen bedrijfspand. De aanwezigheid van de gevolgen doet immers niet af aan de afwezigheid van de beperking. Op grond van de koopovereenkomst waarin is bepaald dDat V niet bekend was dat of met het voorgenomen gebruik als woonhuis op publiekrechtelijke gronden niet was toegestaan, zet art. 7:15 BW niet opzij omdat deze bepaling geen uitzondering kent voor bijzondere lasten of beperkingen waarmee V niet bekend was. volgens V mocht K op grond van de koopovereenkomst er niet vanuit gaan dat er geen publiekrechtelijke last zou zijn. Het Hof oordeelt dat bij toepassing van 7:15 BW K slechts die bijzondere lasten en beperkingen behoefde te verwachten die zij uitdrukkelijk hebben aanvaard. V slaagt ook niet erin te bewijzen dat K de bijzondere beperking zou hebben aanvaard. Dit is slechts anders als K de bepalingen zou hebben aanvaard als K hiervan op de hoogte zou zijn geweest. V slaagt niet in dit bewijs.