BTW-richtlijn conforme uitleg van begrip bouwterrein werkt door naar samenloopregeling

In 2009 laat A tekeningen maken voor de bouw van een bedrijfspand op een perceel. In 2011 verkrijgt A dit perceel grond in eigendom. In de leveringsakte staat dat omzetbelasting is verschuldigd en dat een beroep wordt gedaan op de vrijstelling overdrachtsbelasting genoemd in art. 15.1.a WBR. In 2012 is het perceel overgedragen aan C, enkele maanden later heeft C een bouwvergunning verkregen. De Inspecteur legt een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting op aan A, omdat naar zijn mening het perceel geen bouwterrein is in de zin van de Wet OB.
De samenloopregeling beoogt een cumulatie van omzetbelasting en overdrachtsbelasting bij de verkrijging van een onroerende zaak te voorkomen door in bepaalde gevallen de heffing van overdrachtsbelasting achterwege te laten. De Rechtbank oordeelt dat om recht te doen aan doel en strekking van de samenloopregeling de richtlijnconforme uitleg van het begrip bouwterrein doorwerkt naar de samenloopregeling. Omdat niet in geschil is dat het perceel een bouwterrein is in de zin van de BTW-richtlijn, is op grond van de samenloopregeling de verkrijging voor de heffing van overdrachtsbelasting vrijgesteld. De naheffingsaanslag wordt vernietigd.