Commissielid is geen btw-ondernemer
X verricht voor diverse ministeries werkzaamheden als voorzitter of als gewoon lid van een bezwarenadviescommissie. Voor de werkzaamheden ontvangt X een vergoeding. X heeft in het jaar 2014 over de ontvangen vergoedingen omzetbelasting voldaan. X maakt bezwaar, omdat X meent dat bij het verrichten van de commissiewerkzaamheden niet wordt opgetreden als ondernemer in de zin van art. 7 Wet OB.
In cassatie oordeelt de Hoge Raad dat uit het arrest van het Hof van Justitie van 13 juni 2019 (IO, C-420/18, ECLI:EU:C:2019:490) het niet voldoende is dat de overeengekomen werkzaamheden niet worden verricht in een juridische verhouding van ondergeschiktheid als bedoeld in art. 10 BTW-richtlijn. X loopt bij zijn commissiewerkzaamheden geen economisch risico en handelt derhalve niet als btw-ondernemer. Hierdoor is X ter zake van de commissiewerkzaamheden geen omzetbelasting verschuldigd.
Instantie | Hoge Raad |
Uitspraakdatum | 26-06-2020 |
ECLI | ECLI:NL:HR:2020:1143 |
Zaaknummer | 18/02684 |
Bijzondere kenmerken | Cassatie |
Vindplaatsen | |
|
X verricht voor diverse ministeries werkzaamheden als voorzitter of als gewoon lid van een bezwarenadviescommissie. Voor de werkzaamheden ontvangt X een vergoeding. X heeft in het jaar 2014 over de ontvangen vergoedingen omzetbelasting voldaan. X maakt bezwaar, omdat X meent dat bij het verrichten van de commissiewerkzaamheden niet wordt opgetreden als ondernemer in de zin van art. 7 Wet OB. In cassatie oordeelt de Hoge Raad dat uit het arrest van het Hof van Justitie van 13 juni 2019 (IO,…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.