Kennisbank voor het notariaat

Geen splitsingsvrijstelling indien blijkt dat minimalisering van heffing overdrachtsbelasting hoofddoel is voor de keuze voor juridische (af)splitsing

Een Pensioenstichting wenst haar directe vastgoedportefeuille om te zetten naar een indirecte vastgoedportefeuille. Ter uitvoering daarvan draagt een Pensioenstichting eerst een aanzienlijke vastgoedportefeuille over aan een nieuw door haar opgerichte BV. Deze BV splitst de onroerende zaken onmiddellijk daarna af aan een NV, tegen uitreiking van aandelen. De keuze voor deze constructie is mede afhankelijk geweest van de fiscale mogelijkheden om de last van de overdrachtsbelasting te minimaliseren. 
Anders dan de Rechtbank oordeelt het Hof in hoger beroep in een zeer uitvoerig gemotiveerd arrest dat de wijze waarop de transactie is vormgegeven in hoofdzaak het ontwijken van overdrachtsbelasting tot doel heeft. Het Hof constateert dat de stelling dat voor afsplitsing is gekozen om daarmee het voorkeursrecht van bestaande aandeelhouders op de nieuw uit te geven aandelen te omzeilen op zich juist is, doch dat uit de overlegde documenten dit argument om voor de gekozen opzet van afsplitsing te kiezen niet blijkt. In de stukken wordt wel melding gemaakt van het doel om heffing van overdrachtsbelasting te voorkomen. De NV heeft niet aannemelijk gemaakt, ondanks dat de zakelijkheid van het einddoel niet in geschil is, dat de wijze waarop de transactie is vormgegeven, niet als hoofddoel het ontwijken van overdrachtsbelasting heeft. De splitsing met als hoofddoel het ontlopen van belastingheffing is in strijd met doel en strekking van art. 15 lid 1 letter a van de Richtlijn 2009/113/EG. De splitsingsvrijstelling is derhalve niet van toepassing.

Bekijk samenvatting procedure
Instantie Gerechtshof Amsterdam
Uitspraakdatum 26-01-2021
ECLI ECLI:NL:GHAMS:2021:278
Zaaknummer 18/00109
Bijzondere kenmerken Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
  • Viditax (FutD), 17-02-2021
  • V-N Vandaag 2021/433
  • FutD 2021-0582 met annotatie van Fiscaal up to Date
  • V-N 2021/14.7 met annotatie van Redactie
  • NTFR 2021/1146 met annotatie van Mr. D.C. Simonis
  • NLF 2021/0528 met annotatie van Remco van der Zwan

Een Pensioenstichting wenst haar directe vastgoedportefeuille om te zetten naar een indirecte vastgoedportefeuille. Ter uitvoering daarvan draagt een Pensioenstichting eerst een aanzienlijke vastgoedportefeuille over aan een nieuw door haar opgerichte BV. Deze BV splitst de onroerende zaken onmiddellijk daarna af aan een NV, tegen uitreiking van aandelen. De keuze voor deze constructie is mede afhankelijk geweest van de fiscale mogelijkheden om de last van de overdrachtsbelasting te minimaliser…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.


Inloggen via Legal Intelligence

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle