Hypotheekhouder maakt misbruik van recht tot executie nu hypotheekgever al extra inkomen genereert

A heeft zijn woning gefinancierd met een hypothecaire geldlening. Nadat bij A wederom betalingsachterstanden ontstaan, zegt de hypotheekhouder de executoriale verkoop van de woning aan. A vordert dat de executieverkoop wordt verboden. Op aangeven van de Voorzieningenrechter maken A en de hypotheekhouder afspraken ter voorkoming van de veiling. Hoewel A aan een deel van de voorwaarden voldoet, laat de hypotheekhouder de Voorzieningenrechter weten onvoldoende vertrouwen te hebben dat A ook aan de andere voorwaarde zal voldoen, te weten het generen van extra inkomen.De Voorzieningenrechter oordeelt dat A voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij extra inkomen genereert, zodat niet vaststaat dat A de gemaakte afspraak niet zal nakomen. De Voorzieningenrechter betrekt in zijn oordeelt dat in deze tijd vaak de hypotheekschuld hoger is dan de waarde van het huis. Onder deze omstandigheden mag van een hypotheekhouder meer coulance worden verwacht en moet een hypotheekhouder tot het uiterste zijn gaan voordat hij gebruik maakt van het recht tot executie. De Voorzieningenrechter oordeelt dat de hypotheekhouder misbruik van zijn recht maakt en verbiedt de executieverkoop.