Onvoldoende draagkracht jegens kinderen uit verschillende relaties wordt niet altijd gelijkelijk verdeeld
Bekijk samenvatting procedureInstantie | Hoge Raad |
Uitspraakdatum | 09-03-2018 |
ECLI | ECLI:NL:HR:2018:314 |
Zaaknummer | 17/02755 |
Bijzondere kenmerken | Artikel 81 RO-zaken ; Cassatie ; Beschikking |
Vindplaatsen | |
|
Voer hier de samenvatting in 9 maart 2018 Eerste Kamer 17/02755 LZ/EE Hoge Raad der Nederlanden Beschikking in de zaak van: [de vrouw],wonende te [woonplaats], VERZOEKSTER tot cassatie, advocaat: mr. P.S. Kamminga, t e g e n [de man],wonende te [woonplaats], VERWEERDER in cassatie, niet verschenen. Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de vrouw en de man. Het geding in feitelijke instanties Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgen…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleGerelateerde wetstoelichtingen
Verzorging en opvoeding verplicht (stief)ouders (art. 1:404 - 1:408 BW)