Rentepercentage 9% over eigenwoninglening in familierelatie is onzakelijk

De ouders van X lenen aan X een bedrag ter financiering van zijn eigen woning en komen een rentepercentage van 9% overeen. De betaalde rente geeft X in zijn aangifte inkomstenbelasting aan als aftrekbare kosten met betrekking tot zijn eigen woning. De Inspecteur stelt dat het rentepercentage van 9% onzakelijk hoog is en een rentepercentage van 4,5% in deze situatie redelijk is; het bovenmatige deel van de in aftrek gebrachte rente merkt de Inspecteur aan als een schenking aan de ouders.
Het Hof gaat mee in het standpunt van de Inspecteur en overweegt dat X niet aannemelijk heeft gemaakt dat de leningsovereenkomst met zijn ouders te vergelijken is met een persoonlijke lening zonder zekerheden of dat sprake is van een lening met een hoog risico, waarbij een hoog rentepercentage gerechtvaardigd is. Naar het oordeel van het Hof is het door de Inspecteur vastgestelde percentage van 4,5% redelijk.