Kennisbank voor het notariaat

Vereniging niet subjectief vrijgesteld van Vpb wegens overschrijding van naar rato berekende tweede winstgrens

In deze zaak oordeelt het Hof dat de Inspecteur terecht aan een nijvere vereniging een navorderingsaanslag vennootschapsbelasting over het jaar 2012 heeft opgelegd, omdat de vereniging niet voldoet aan de voorwaarden van de tweede winstgrens en ook niet aan de voorwaarden van de pro rata-benadering van deze tweede winstgrens. Op grond van de tweede winstgrens van art. 6 lid 1 Wet Vpb zijn verenigingen en stichtingen die een onderneming drijven subjectief vrijgesteld van vennootschapsbelasting, indien de winst in een jaar en de vier daaraan voorafgaande jaren samen niet meer bedraagt dan € 75.000. Naar de letter van de wet kunnen verenigingen en stichtingen die nog geen vijf jaar bestaan geen aanspraak maken op deze vrijstelling. Deze lichamen kunnen toch buiten de heffing van vennootschapsbelasting worden gehouden, indien ze voldoen aan de voorwaarden van de pro rata-benadering (zie MvF 19 september 2018, nr 2018-155144, onderdeel 2.2). De tweede winstgrens omvat dan het aantal jaren waarin het lichaam een onderneming drijft, vermenigvuldigd met € 15.000. De vereniging in casu voldoet niet aan de tweede winstgrens, omdat ze in 2012 nog geen vijf jaren bestaat, en niet aan de pro rata-benadering, omdat ze de naar rato berekende tweede winstgrens overschrijdt. 

Bekijk samenvatting procedure
Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Uitspraakdatum 21-01-2020
ECLI ECLI:NL:GHARL:2020:467
Zaaknummer 18/01080
Bijzondere kenmerken Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
  • Viditax (FutD), 31-01-2020
  • FutD 2020-0314 met annotatie van Fiscaal up to Date
  • V-N Vandaag 2020/256
  • NLF 2020/0359 met annotatie van Gert-Jan de Ruiter
  • NTFR 2020/601 met annotatie van mr. D. Westerman
  • V-N 2020/17.1.2
  • Belastingadvies 2020/8.6

In deze zaak oordeelt het Hof dat de Inspecteur terecht aan een nijvere vereniging een navorderingsaanslag vennootschapsbelasting over het jaar 2012 heeft opgelegd, omdat de vereniging niet voldoet aan de voorwaarden van de tweede winstgrens en ook niet aan de voorwaarden van de pro rata-benadering van deze tweede winstgrens. Op grond van de tweede winstgrens van art. 6 lid 1 Wet Vpb zijn verenigingen en stichtingen die een onderneming drijven subjectief vrijgesteld van vennootschapsbelast…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.


Inloggen via Legal Intelligence

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle