Vraag of art. 3:194 lid 2 BW van rechtswege werkt
Bekijk samenvatting procedureInstantie | Parket bij de Hoge Raad |
Uitspraakdatum | 18-09-2020 |
ECLI | ECLI:NL:PHR:2020:820 |
Zaaknummer | 19/04306 |
Bijzondere kenmerken | - |
Vindplaatsen | |
|
Voer hier de samenvatting in Conclusie PROCUREUR-GENERAAL BIJ DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Nummer 19/04306 Zitting 18 september 2020 CONCLUSIE B.J. Drijber In de zaak van [verzoeker] , verzoeker tot cassatie, hierna: [verzoeker], advocaten: R.S. Meijer en A. Stortelder tegen 1. [verweerster 1] 2. [verweerster 2] 3. [verweerder 3], verweerders in cassatie, hierna: [verweerders], advocaat: D.M. de Knijff In deze Caribische zaak staat centraal de vraag of de sanctie van verbeurte in het geval een…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.