Een veilingnotaris is niet gehouden geldigheid van het retentierecht te onderzoeken
CasusA en B zijn een samenwerkingsverband aangegaan ter realisatie van de bouw van een aantal garages en woningen (project C). Daarna is B overgegaan in D. Het project C is slechts deels gerealiseerd. In december 2011 heeft notaris N1 van bank E de opdracht ontvangen om tot executoriale verkoop van de in project C betrokken onroerende zaken over te gaan. N1 heeft de verzochte executoriale verkoop opgestart. D heeft aan N1 bij brief van juni 2012 kennis gegeven van een door haar uitgeoefend rete…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleGerelateerde wetstoelichtingen
Opschortingsrecht tegen schuldenaar (art. 6:52 BW)
Retentierecht (art. 3:290 - 3:295 BW)