Heffingsmaatstaf overdrachtsbelasting niet gelijk aan koopprijs aandelen wanneer verkoopregulerend beding is overeengekomen
De Hoge Raad heeft geoordeeld over de vraag of ook bij een verkrijging van aandelen in een onroerendezaakrechtspersoon voor de vaststelling van de maatstaf van heffing rekening wordt gehouden met een verkoopregulerend beding. De regeling van art. 9 lid 5 WBR strekt ertoe in bepaalde gevallen voor de vaststelling van de maatstaf van heffing geen rekening te houden met de invloed die een verkoopregulerend beding kan hebben op de transactieprijs. Het leidt er niet toe dat voorbij wordt gegaan aan hetgeen is voorgeschreven in art. 10 WBR. Derhalve kan de maatstaf van heffing dus niet gelijk worden gesteld aan de koopprijs voor de aandelen.
Instantie | Hoge Raad |
Uitspraakdatum | 21-04-2023 |
ECLI | ECLI:NL:HR:2023:650 |
Zaaknummer | 22/01352 |
Bijzondere kenmerken | Cassatie |
Vindplaatsen | |
|
De Hoge Raad heeft geoordeeld over de vraag of ook bij een verkrijging van aandelen in een onroerendezaakrechtspersoon voor de vaststelling van de maatstaf van heffing rekening wordt gehouden met een verkoopregulerend beding. De regeling van art. 9 lid 5 WBR strekt ertoe in bepaalde gevallen voor de vaststelling van de maatstaf van heffing geen rekening te houden met de invloed die een verkoopregulerend beding kan hebben op de transactieprijs. Het leidt er niet toe dat voorbij wordt gegaan aan…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.