Aandeel van een appartementseigenaar in het eigen vermogen van Vereniging van Eigenaren behoort tot de rendementsgrondslag in box 3
In navolging van Rechtbank Haarlem en Hof Amsterdam, heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het aandeel in het vermogen van de VvE als een afzonderlijke bezitting moet worden gekwalificeerd en als zodanig op grond van art. 5.3 lid 2 onder f Wet IB 2001 (rechten die niet op zaken betrekking hebben) in de rendementsgrondslag kan worden betrokken. De opbouw van het vermogen van de VvE is bedoeld voor toekomstige uitgaven aan haar appartementencomplex. De appartementseigenaar heeft…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleProcedureverloop
Hoge Raad, 13-08-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL7268
Parket bij de Hoge Raad, 13-08-2010, ECLI:NL:PHR:2010:BL7268
Gerechtshof Amsterdam, 08-12-2008, ECLI:NL:GHAMS:2008:BG8927
Rechtbank Haarlem, 14-09-2007, ECLI:NL:RBHAA:2007:BB3783
Gerelateerde wetstoelichtingen
Eigen woning (art. 3.111 Wet IB 2001)
Rendementsgrondslag (art. 5.3 Wet IB 2001)