Kennisbank voor het notariaat
Wetstoelichting

Separatisme hypotheek- en pandhouder en termijnstelling (art. 57 - 59a Fw)

Bijgewerkt tot 25-02-2024 Auteur mr. drs. R. (Ruben) van Dijken

1 Inleiding Pand- en hypotheekhouders hebben in faillissement een bijzondere positie: zij kunnen tijdens faillissement hun rechten uitoefenen alsof er geen faillissement is (art. 57 lid 1 Fw, ook wel 'separatisme' genoemd). Dit brengt met zich dat zij tijdens faillissement kunnen overgaan tot inning van verpande vorderingen (art. 3:246 BW) of tot parate executie van de goederen waarop een pand- of hypotheekrecht rust (art. 3:248 BW; art. 3:268 BW), om zich vervolgens met voorrang te verhalen op…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.


Inloggen via Legal Intelligence

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Wet- en regelgeving


Artikel 57

  • 1

    Pand- en hypotheekhouders kunnen hun recht uitoefenen, alsof er geen faillissement was.

  • 2

    Bij de verdeling kunnen uit eigen hoofde mede de beperkt gerechtigden opkomen, wier recht vóór de faillietverklaring was gevestigd, maar door de executie door een pand- of hypotheekhouder is vervallen, voor hun recht op schadevergoeding, bedoeld in artikel 282 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 3

    Bij de verdeling van de opbrengst oefent de curator ten behoeve van de boedel mede de rechten uit, die de wet aan beslagleggers op het goed toekent. Hij is gehouden mede de belangen te behartigen van de bevoorrechte schuldeisers die in rang boven de voormelde pand- en hypotheekhouders en beperkt gerechtigden gaan.

  • 4

    Zo een rangregeling nodig is, wordt deze verzocht aan de voorzieningenrechter van de rechtbank waarvan de rechter-commissaris in het faillissement lid is. De verdeling geschiedt ten overstaan van deze rechter-commissaris op de wijze voorgeschreven in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.


Artikel 58

  • 1

    De curator kan de pand- en hypotheekhouders een redelijke termijn stellen om tot uitoefening van hun rechten overeenkomstig het vorige artikel over te gaan. Heeft de pand- of hypotheekhouder het onderpand niet binnen deze termijn verkocht, dan kan de curator de goederen opeisen en met toepassing van de artikelen 101 of 176 verkopen, onverminderd het recht van de pand- en hypotheekhouders op de opbrengst. De rechter-commissaris is bevoegd de termijn op verzoek van de pand- of hypotheekhouder een of meer malen te verlengen.

  • 2

    De curator kan een met pand of hypotheek bezwaard goed tot op het tijdstip van de verkoop lossen tegen voldoening van hetgeen waarvoor het pand- of hypotheekrecht tot zekerheid strekt, alsmede van de reeds gemaakte kosten van executie.


Artikel 59

Indien de opbrengst niet toereikend is om een pand- of hypotheekhouder of een dergenen wier beperkt recht door de executie is vervallen, te voldoen, kan hij voor het ontbrekende als concurrent schuldeiser in de boedel opkomen.


Artikel 59a

  • 1

    De artikelen 57-59 zijn niet van toepassing wanneer de hypotheek rust op een luchtvaartuig dat te boek staat in de openbare registers, bedoeld in afdeling 2 van titel 1 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, of in een verdragsregister als bedoeld in artikel 1300 onder d van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 2

    Hypotheekhouders wier rechten rusten op luchtvaartuigen als bedoeld in het vorige lid, en andere schuldeisers die op grond van artikel 1317 van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek een voorrecht op het luchtvaartuig hebben, kunnen hun recht uitoefenen, alsof er geen faillissement was. Artikel 57, tweede en derde lid, is van overeenkomstige toepassing.

  • 3

    De curator kan deze schuldeisers een redelijke termijn stellen om tot uitoefening van hun rechten overeenkomstig het vorige lid over te gaan. Heeft de schuldeiser het luchtvaartuig niet binnen deze termijn verkocht, dan kan de curator het luchtvaartuig verkopen. De rechter-commissaris is bevoegd de termijn op verzoek van de schuldeiser een of meer malen te verlengen.

  • 4

    Op verkoop door de curator zijn de artikelen 584d en 584f-584q van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de curator wordt aangemerkt als beslaglegger uit hoofde van een vordering die niet van enige voorrang is voorzien, en dat met het vonnis van faillietverklaring wordt gehandeld als voorgeschreven voor het proces-verbaal van beslag.

  • 5

    De rechter-commissaris in het faillissement kan in dat geval bepalen dat een door hem vast te stellen gedeelte van de algemene faillissementskosten als kosten van de executie in de zin van artikel 584n van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zal gelden.

  • 6

    De curator kan het luchtvaartuig tot op het tijdstip van de verkoop lossen tegen voldoening van het daarop verschuldigde, alsmede van de reeds gemaakte kosten van executie.

  • 7

    Artikel 59 is van overeenkomstige toepassing.


Kennisdossiers

Titel Categorie
Titel Faillissementsrecht Categorie Diversen

Rechtspraak

Titel Instantie Datum Nummer
Opeising van de curator op grond van art. 58 Fw leverde misbruik van bevoegdheid op Instantie Rechtbank Den Haag Datum 01-12-2021 Nummer ECLI:NL:RBDHA:2021:13452
Tenzij sprake van misbruik van bevoegdheid door curator verliest pand- of hypotheekhouder zijn positie als separatist indien rechtsuitoefening niet plaatsvindt binnen redelijke termijn Instantie Hoge Raad Datum 13-11-2020 Nummer ECLI:NL:HR:2020:1787
Curator die overging over tot verkoop van goederen zonder pand- of hypotheekhouders een redelijke termijn te geven was aansprakelijk op grond van onrechtmatige daad Instantie Gerechtshof 's-Hertogenbosch Datum 27-03-2018 Nummer ECLI:NL:GHSHE:2018:1291
Voor regresvordering kon pand- of hypotheekhouder als concurrent schuldeiser in faillissement opkomen Instantie Hoge Raad Datum 15-12-2017 Nummer ECLI:NL:HR:2017:3149
Pand- of hypotheekhouder kan ook boedelvordering op onderpand verhalen, mits het pand- of hypotheekrecht tot zekerheid van deze vordering is gevestigd Instantie Hoge Raad Datum 15-04-2016 Nummer ECLI:NL:HR:2016:665
Vorderingen ontstaan ná de faillietverklaring uit een bestaande rechtsverhouding kunnen worden verhaald op de opbrengst van het onderpand Instantie Hoge Raad Datum 16-10-2015 Nummer ECLI:NL:HR:2015:3023
Pand- of hypotheekhouder verliest positie als separatist indien rechtsuitoefening niet plaatsvindt binnen redelijke termijn, tenzij sprake is van misbruik van bevoegdheid door curator Instantie Hoge Raad Datum 06-02-2015 Nummer ECLI:NL:HR:2015:228
Bij pandrecht wordt constructie van oneigenlijke lossing aangemerkt als vorm van parate executie Instantie Hoge Raad Datum 14-02-2014 Nummer ECLI:NL:HR:2014:319
Geen onrechtmatige daad van de bank hoewel niet werd voldaan aan Wet ambtelijk toezicht bij openbare verkopingen Instantie Gerechtshof 's-Hertogenbosch Datum 09-07-2013 Nummer ECLI:NL:GHSHE:2013:2988
Verpande goederen konden onderhands executoriaal worden verkocht op grond van een vòòr faillissement gesloten overeenkomst tussen gefailleerde pandgever en pandhouder Instantie Gerechtshof 's-Gravenhage Datum 20-12-2011 Nummer ECLI:NL:GHSGR:2011:BU8981

Literatuur

Titel Auteur(s) Bron
Titel De boedelbijdrage Auteur(s) J. Wind Bron Tijdschrift voor Curatoren 2021/1
Titel Enkele beschouwingen met betrekking tot de termijnstelling door de curator ex art. 58 lid 1 Fw Auteur(s) J.L. van den Heuvel Bron FIP 2021/7
Titel B. Wessels, Gevolgen van faillietverklaring (2), Deventer: Wolters Kluwer 2019, par. 3484-3489
Titel Lossing door de curator Auteur(s) J.L. van den Heuvel, L.J. van Eeghen Bron TvI 2019/25
Titel Afwijkende wijzen van executie bij pand en hypotheek Auteur(s) N.E.D. Faber, N.S.G.J. Vermunt Bron Deventer: Wolters Kluwer 2019
Titel BTW toch niet weg ermee? – Artikel 42d Iw 1990 en het regresrecht van de pandhouder Auteur(s) C.J.D. Warren Bron FIP 2018/182
Titel Handboek fiscaal insolventierecht (par 10.5) Auteur(s) A.J. Tekstra Bron Den Haag: Sdu 2017
Titel Eigenlijke (wettelijke) en oneigenlijke (contractuele) lossing Auteur(s) N.E.D. Faber, V.S.G.J. Vermunt Bron MvV 2015/7-8
Inhoudsopgave
Overzicht
Wetstructuur
Diversen