Casus K heeft een bod gedaan op een kantoorpand van V onder de voorwaarde dat de bestemming van het pand onherroepelijk wordt gewijzigd van “kantoor” in “wonen”. V accepteert dit bod, en V en K komen
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus In 2009 heeft X twee woningen in een voormalig hofje gekocht. X wil beide woningen slopen en nieuwe woning bouwen. Voor de periode 2013 tot en met 5 juli 2015 heeft de Inspecteur de in aftrek gebrachte
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'. Literatuur E.R. Helder, 'Wanneer is een nalatenschap aanvaard?', VFP
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus M en V zijn van 1998 tot 2017 met elkaar gehuwd geweest. In het kader van de echtscheiding is een mediationovereenkomst gesloten met daarin een geheimhoudingsbepaling. In deze bepaling komen M
Casus A heeft op 3 april 2009 conservatoir beslag gelegd op een appartementsrecht van Y BV ter verzekering van een vordering op Y BV . Kort daarna verkoopt Y BV het appartementsrecht aan een derde. Notaris
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus X en Y zijn op huwelijkse voorwaarden getrouwd. Partijen hebben echter nooit uitvoering gegeven aan de in de huwelijkse voorwaarden opgenomen verrekenplicht. Y doet daarom een beroep op art. 1:
Casus Dochter (D) is gehuwd en woont sinds 1993 samen met haar echtgenoot, haar kinderen en haar vader in dezelfde woning. D verleent als mantelzorger zorg aan haar vader. Na het overlijden van vader
Casus M levert aan haar kinderen een perceel grond met daarop een woning tegen een koopsom van € 285.000. De koopsom wordt in eerste instantie schuldig gebleven tegen een rente van 5%, maar wordt later
Casus A en B zijn ieder voor de helft, gerechtigd tot een nalatenschap. Tot de nalatenschap behoort een woning. Tussen A en B bestaat een conflict ten aanzien van deze woning. In dit conflict wordt B
Casus A is directeur-enig-aandeelhouder van BV X. A sluit een overeenkomst van rekening-courant met BV X. Op basis van deze overeenkomst leent hij in 2003 € 970.000 van BV X tegen een rente gebaseerd
Casus A BV is als projectontwikkelaar betrokken bij de bouw van nieuwbouwwoningen met parkeerplaatsen. A BV heeft zich middels een kettingbeding in een overeenkomst jegens de gemeente verbonden aan de
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus Waterleidingmaatschappij (W) heeft percelen grond verkocht en geleverd aan X. Namens W is deze transactie gesloten door de heer Y die als manager registergoederen en rentmeester bij W werkzaam
Casus X en Y zijn gezamenlijk eigenaar van een vastgoedcomplex. Bij de Rechtbank ligt de vraag voor of X zijn onverdeeld aandeel heeft mogen verkopen aan een derde. Rechtbank De Rechtbank is van
Casus Het huwelijk van M en V is in 1997 ontbonden door echtscheiding. Conform het echtscheidingsconvenant is in de echtscheidingsbeschikking bepaald dat M aan V een bijdrage in de kosten van haar levensonderhoud
Casus Voordat de echtscheiding definitief is, verblijft de man met de gezamenlijke kinderen in Brazilië, de vrouw in Nederland. De vrouw wenst dat de kinderen naar Nederland komen. Omdat de vrouw niet
Casus De vader (V) van X houdt alle aandelen in V BV. X houdt alle aandelen in X BV. Op 13 december 2007 leent V BV een bedrag van € 166.670 uit aan X BV en op dezelfde dag leent V BV dat bedrag ook
Casus Y1 was via zijn houdstermaatschappij (A BV) indirect bestuurder en aandeelhouder van B BV. X dient een vordering ter verificatie in, in de schuldsaneringen van Y1 en Y2. X stelt deze vordering