Casus De Ontvanger van de Belastingdienst (O) heeft dwangbevelen uitgevaardigd tegen A BV. De deurwaarder heeft op verzoek van O en uit kracht van deze dwangbevelen de aandelen van A BV in B Holding in
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus In november 2011 krijgt A BV een onroerende zaak geleverd van de gemeente. Diezelfde dag levert A BV de onroerende zaak door aan een echtpaar 'vrij op naam'. De echtgenoten doen aangifte overdrachtsbelasting
Casus In 2010 verkoopt en levert vader V aan dochter D een woning voor € 250.000 en scheldt daarbij direct een deel van de koopprijs (€ 40.000) kwijt. D geeft bij haar aangifte schenkbelasting een verkrijging
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus A BV en B BV bezitten elk een vastgoedportefeuille met in Nederland gelegen onroerende zaken. A BV en B BV zijn te kwalificeren als onroerendezaakrechtspersonen in de zin van art. 4 lid 1 onderdeel
Casus Broer B en zus Z zijn de erfgenamen van moeder M . Z heeft een beroep gedaan o p de vernietigbaarheid van schenkingen bij onderhandse akte door M aan B. Hiertoe voert Z aan dat sprake is van
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspraak raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus M en V zijn in 1990 gehuwd onder het maken van huwelijkse voorwaarden onder meer inhoudende een periodiek verrekenbeding. Dit beding is nimmer uitgevoerd. In 2010 zijn M en V uit de echt gescheiden
Casus In afwachting van de behandeling van het hoger beroep tegen de afwijzing van de faillissementsaanvraag van X, overlijdt diens moeder. Voordat in hoger beroep X failliet wordt verklaard, heeft hij
Casus De aandelen in A BV worden gehouden door B BV. De aandelen in B BV zijn gecertificeerd en worden gehouden door stichting Y. De certificaten van aandelen in B BV worden gehouden door C BV, D BV en
Casus Twee NV’s zijn in 1981 opgericht naar het recht van Curaçao. De NV’s hielden bankrekeningen aan in diverse landen. Een trustkantoor was statutair directeur van de NV’s. Twee broers (X en Y) en
Casus Erflater E overlijdt in 2001. E heeft zijn zoon en dochter tot enig erfgenamen benoemd. De zoon heeft enkel recht op zijn legitieme portie en de dochter krijgt alle vermogensbestanddelen uit de
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus Erflaatster E was tot haar overlijden erfpachter van een perceel met daarop een recreatiewoning. Het recht van erfpacht is uitgegeven per 1 januari 1956 voor de duur van zestig jaar. Het recht eindigt
Casus X heeft een eigen woning. In 2008 verwerft X aangrenzende percelen waarop in de twee jaar daarna ten behoeve van zijn echtgenote en zijn landelijk in de paardensport actieve dochter een paardenaccommodatie
Casus A is eigenaar van een perceel grond met daarop een woning. A heeft het perceel bij schriftelijke overeenkomst verkocht aan B c.s. De betaling van (een deel) van de koopprijs is afhankelijk van realisatie
Casus X ontvangt een bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet. In 2015 overlijdt de stiefvader van X /erflater (hierna: E). In 2019 verkrijgt X, op grond van een tweetrapsmaking in het testament
Casus X ontvangt een bijstandsuitkering van gemeente G. X woont, als huurster, in bij haar vader (V) in diens woning. Op 13 maart 2005 overlijdt V. In het testament van V is X uitgesloten als erfgenaam
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspraak raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus X ontving bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB). Na enige tijd heeft het college van burgemeester en wethouders een signaal ontvangen dat X twee niet door hem gemelde bankrekeningen op
Casus M en V zijn in februari 2006 van echt gescheiden. In het echtscheidingsconvenant van december 2005 is afgesproken dat V per kwartaal een bedrag betaald krijgt van € 1.750. Dit is de helft van de
Casus Een notaris is voor een bespreking over fiscale zaken en estate planning op verzoek van X naar zijn huis gegaan. Van tevoren waren voor het bezoek geen prijsafspraken gemaakt. X vraagt de notaris
Casus De lesbische partners A en B hebben in 2006 een donorovereenkomst gesloten met C. In 2008 is met behulp van kunstmatige zelfinseminatie van spermadonor C een kind geboren, waarna het kind met toestemming
Casus Op 15 oktober 2013 heeft V een verzoek ingediend tot gerechtelijke vaststelling van het vaderschap en tot vaststelling van kinderalimentatie, stellende dat M de verwekker is van haar kind. Uit DNA-onderzoek