Wetstoelichtingen
1 Inleiding Uit art. 8:788 BW volgt dat de enige zakelijke rechten waarvan een in het register teboekstaand binnenvaartschip het voorwerp kan zijn, de eigendom, de hypotheek, het vruchtgebruik en de
Wetstoelichtingen
1 Inleiding De vrijstelling van art. 15 lid 1 onder h WBR ziet onder meer op een juridische splitsing , waarbij het vermogen van een vennootschap met een in aandelen verdeeld kapitaal onder algemene
Wetstoelichtingen
In art. 8:800 BW e.v. is een regeling getroffen voor huurkoop van teboekstaande binnenschepen. Scheepshuurkoop van een teboekstaand binnenschip komt tot stand bij notariële akte, waarbij de koper zich
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Wanneer ANBI’s en/of verenigingen bedoeld in art. 6.33 onder c Wet IB 2001 fuseren of taken overdragen aan elkaar en daarbij onroerende zaken worden overgedragen, kan een beroep worden
Wetstoelichtingen
Per 1 januari 2021 is in de Wet op belastingen van rechtsverkeer een vrijstelling voor de verkrijging van een woning door 'starters' opgenomen in art. 15 lid 1 onder p WBR. Een van de voorwaarden van
Wetstoelichtingen
In art. 15 lid 1 onder s WBR is een vrijstelling opgenomen voor de verkrijging van natuurgrond. Wat onder natuurgrond moet worden verstaan is uitgewerkt in art. 6a UB BRV. Het betreft grond bezet met houdopstanden
Wetstoelichtingen
1 Algemeen Maatschap is de overeenkomst, waarbij twee of meer personen zich verbinden ieder iets in gemeenschap te brengen , met het oogmerk om door samenwerking (affectio societates) vermogensrechtelijk
Wetstoelichtingen
Met betrekking tot dit onderwerp is geen toelichting opgenomen. U kunt de actuele tekst van de wet raadplegen op het tabblad 'Wettekst'.
Wetstoelichtingen
1 Inleiding De inkomensvoorziening die volgt uit een pensioenregeling kan verschillende doelen dienen. Een dergelijke pensioenvoorziening kan bij een toegelaten verzekeraar worden ondergebracht. In art
Wetstoelichtingen
1 Navordering van schenk- en erfbelasting bij reguliere en conserverende belastingaanslag
Aan een verkrijger krachtens schenking of erfrecht kan zowel een reguliere belastingaanslag als een conserverende
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Wanneer een erflater een echtgenoot/geregistreerd partner - hierna: langstlevende of langstlevende echtgenoot - en tenminste één (klein)kind als erfgenamen achterlaat, is van rechtswege de
Wetstoelichtingen
1 Algemeen Als hoofdregel geldt dat een faillissement het gehele vermogen van de schuldenaar omvat ten tijde van de faillietverklaring, alsmede hetgeen hij gedurende het faillissement verwerft (art.
Wetstoelichtingen
1 Inleiding In iedere pensioenregeling moet zijn opgenomen dat de aanspraken niet kunnen worden afgekocht, vervreemd of prijsgegeven, dan wel formeel of feitelijk voorwerp van zekerheid kunnen worden
Wetstoelichtingen
1 Inleiding De aangifte erfbelasting moet binnen acht maanden na het overlijden van de erflater plaatsvinden (art. 45 SW). De aangifte schenkbelasting moet worden ingediend binnen twee maanden na afloop
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Was een erflater ten tijde van zijn overlijden gehuwd (hierna wordt onder huwelijk het geregistreerd partnerschap begrepen) en laat hij naast zijn echtgenoot ook kinderen achter, dan is de
Wetstoelichtingen
Met betrekking tot art. 23 Fw is geen toelichting opgenomen. U kunt de actuele tekst van de wet raadplegen op het tabblad 'Wettekst'. Wel is een uitspraak opgenomen. U kunt deze raadplegen op het betreffende
Wetstoelichtingen
Met betrekking tot art. 54 SW is geen toelichting opgenomen. U kunt de actuele tekst van de wet raadplegen op het tabblad 'Wettekst'.
Wetstoelichtingen
1 Algemeen
Art. 4:27 BW bevat een bijzondere bepaling voor de erflater die wenst de eigen kinderen en de stiefkinderen gelijk te behandelen door een stiefkind als eigen kind in de wettelijke verdeling
Wetstoelichtingen
1 Algemeen
Vorderingen die zijn ontstaan voor faillietverklaring kunnen ter verificatie worden ingediend. Vorderingen die tijdens faillissement ontstaan maar besloten liggen in een ten tijde van het
Wetstoelichtingen
1 Inleiding
Art. 35 Fw houdt nauw verband met art. 23 Fw en vormt een uitwerking van het fixatiebeginsel: door het intreden van het faillissement wordt de rechtspositie van alle bij de boedel betrokkenen
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Op grond van art. 73 Fw verliest de gefailleerde van rechtswege de beschikking en het beheer over zijn tot het faillissement behorend vermogen. Daardoor is de gefailleerde ook niet zelf niet
Wetstoelichtingen
1 Inleiding De actio Pauliana biedt een schuldeiser de mogelijkheid op te komen tegen onverplicht verrichte rechtshandelingen van zijn schuldenaar, door welke de schuldeiser minder verhaalsmogelijkheden
Wetstoelichtingen
1 Algemeen
Tot het faillissementsvermogen kunnen aandelen in een (ontbonden) gemeenschap behoren.
Bij verdeling tijdens faillissement kan een deelgenoot van de gefailleerde op grond van art. 56 Fw
Wetstoelichtingen
1 Inleiding
Pand- en hypotheekhouders hebben in faillissement een bijzondere positie: zij kunnen tijdens faillissement hun rechten uitoefenen alsof er geen faillissement is (art. 57 lid 1 Fw, ook wel
Wetstoelichtingen
1 Inleiding
Bewind eindigt niet door faillietverklaring (vgl. art. 1:449 BW bij meerderjarigenbewind ; art. 4:177 - 4:181 BW bij testamentair bewind ). In beginsel vallen onder bewind staande goederen