Vervalbeding (art. 1:141 BW)
1 InleidingEen vervalbeding gekoppeld aan een periodiek verrekenbeding (Amsterdams verrekenbeding) doet de verrekenplicht in beginsel vervallen. Het Burgerlijk Wetboek bevat geen definitie van een vervalbeding, ook niet in art. 1:141 lid 6 BW. Laatstgenoemde bepaling ziet namelijk op verjaring. Niettemin heeft de rechter zich in verschillende uitspraken uitgelaten over de werking van vervalbedingen. Het gevolg van een vervalbeding is dat de verrekenplicht na ommekomst van de overeengekomen term…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 141
Artikel 141
1 Indien een verrekenplicht betrekking heeft op een in de huwelijkse voorwaarden omschreven tijdvak van het huwelijk en over dat tijdvak niet is afgerekend, blijft de verplichting tot verrekening over dat tijdvak in stand en strekt deze zich uit over het saldo, ontstaan door belegging en herbelegging van hetgeen niet verrekend is, alsmede over de vruchten daarvan.
2 Indien een verrekenplicht betrekking heeft op een in de huwelijkse voorwaarden omschreven tijdvak van het huwelijk, dan eindigt die verrekenplicht op het tijdstip zoals in artikel 142 bepaald, als dat tijdvak nog loopt.
3 Indien bij het einde van het huwelijk aan een bij huwelijkse voorwaarden overeengekomen periodieke verrekenplicht als bedoeld in het eerste lid niet is voldaan, wordt het alsdan aanwezige vermogen vermoed te zijn gevormd uit hetgeen verrekend had moeten worden, tenzij uit de eisen van redelijkheid en billijkheid in het licht van de aard en omvang van de verrekenplicht anders voortvloeit. Artikel 143 is van overeenkomstige toepassing.
4 Indien een echtgenoot in overwegende mate bij machte is te bepalen dat de winsten van een niet op zijn eigen naam uitgeoefende onderneming hem rechtstreeks of middellijk ten goede komen, en een verrekenbeding is overeengekomen dat ook ondernemingswinsten omvat, worden de niet uitgekeerde winsten uit zodanige onderneming, voor zover in het maatschappelijk verkeer als redelijk beschouwd, eveneens in aanmerking genomen bij de vaststelling van de verrekenplicht van die echtgenoot, onverminderd het eerste lid.
5 Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing, indien een echtgenoot op eigen naam een onderneming uitoefent.
6 De rechtsvordering tot verrekening, bedoeld in het eerste lid, verjaart niet eerder dan drie jaren na de beëindiging van het huwelijk dan wel na de inschrijving van de beschikking tot scheiding van tafel en bed in het register, bedoeld in artikel 116. Deze termijn kan niet worden verkort.
Kennisdossiers
Titel | Categorie |
---|---|
Titel Huwelijkse voorwaarden | Categorie Familievermogensrecht |
Titel Verrekenbedingen | Categorie Familievermogensrecht |
Rechtspraak
Titel | Instantie | Datum | Nummer |
---|---|---|---|
Beroep op vervalbeding onaanvaardbaar, ondanks beding dat partijen zich van de gevolgen bewust zijn | Instantie Gerechtshof Amsterdam | Datum 24-01-2023 | Nummer ECLI:NL:GHAMS:2023:211 |
Bij (periodieke) verrekening was een beroep op vervalbeding niet onaanvaardbaar | Instantie Rechtbank Noord-Holland | Datum 16-06-2021 | Nummer ECLI:NL:RBNHO:2021:8126 |
Bij einde huwelijk alsnog verrekenen ondanks vervalbeding | Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden | Datum 02-02-2021 | Nummer ECLI:NL:GHARL:2021:1008 |
Beroep op vervalbeding van twee jaar gekoppeld aan verrekenbeding is niet strijdig met redelijkheid en billijkheid | Instantie Gerechtshof Den Haag | Datum 14-10-2015 | Nummer ECLI:NL:GHDHA:2015:2993 |
Rechtbank honoreert beroep op vervalbeding | Instantie Rechtbank Breda | Datum 20-07-2011 | Nummer ECLI:NL:RBBRE:2011:BR2529 |
Vissersbedrijf | Instantie Hoge Raad | Datum 02-03-2001 | Nummer ECLI:NL:HR:2001:AB0382 |
Ruslandavontuur | Instantie Hoge Raad | Datum 23-06-2000 | Nummer ECLI:NL:HR:2000:AA6299 |
Beroep op vervalbeding van drie maanden in huwelijkse voorwaarden onder omstandigheden onaanvaardbaar (Rensing/Polak I) | Instantie Hoge Raad | Datum 19-01-1996 | Nummer ECLI:NL:HR:1996:ZC1963 |