403 verklaring (art. 2:403 BW)
1 Jaarrekening en aansprakelijkheid bij 403-verklaring Met betrekking tot de inrichting van de jaarrekening en het bestuursverslag voor een groepsmaatschappij (hierna: dochtermaatschappij) geldt Boek 2 Titel 9 (de jaarrekening en het bestuursverslag, art. 2:360 BW tot en met 2:455 BW) niet indien een tot dezelfde groep (art. 2:24b BW) behorende rechtspersoon (hierna: moedermaatschappij) de financiële gegevens van de dochtermaatschappij heeft geconsolideerd in een geconsolide…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 403
Artikel 403
1 Een tot een groep behorende rechtspersoon behoeft de jaarrekening niet overeenkomstig de voorschriften van deze titel in te richten, mits:
a. de balans in elk geval vermeldt de som van de vaste activa, de som van de vlottende activa, en het bedrag van het eigen vermogen, van de voorzieningen en van de schulden, en de winst- en verliesrekening in elk geval vermeldt het resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening en het saldo der overige baten en lasten, een en ander na belastingen;
b. de leden of aandeelhouders na de aanvang van het boekjaar en voor de vaststelling van de jaarrekening schriftelijk hebben verklaard met afwijking van de voorschriften in te stemmen;
c. de financiële gegevens van de rechtspersoon door een andere rechtspersoon of vennootschap zijn geconsolideerd in een geconsolideerde jaarrekening waarop krachtens het toepasselijke recht de verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de toepassing van internationale standaarden voor jaarrekeningen, richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende de jaarlijkse financiële overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en aanverwante verslagen van bepaalde ondernemingsvormen, tot wijziging van richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad en tot intrekking van richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad (PbEU 2013, L 182) of een der beide richtlijnen van de Raad van de Europese Gemeenschappen betreffende de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van banken en andere financiële instellingen dan wel van verzekeringsondernemingen van toepassing is;
d. de geconsolideerde jaarrekening, voor zover niet gesteld of vertaald in het Nederlands, is gesteld of vertaald in het Frans, Duits of Engels;
e. de accountantsverklaring en het bestuursverslag, zijn gesteld of vertaald in de zelfde taal als de geconsolideerde jaarrekening;
f. de onder c bedoelde rechtspersoon of vennootschap schriftelijk heeft verklaard zich hoofdelijk aansprakelijk te stellen voor de uit rechtshandelingen van de rechtspersoon voortvloeiende schulden; en
g. de verklaringen, bedoeld in de onderdelen b en f zijn gedeponeerd bij het handelsregister alsmede, telkens binnen zes maanden na de balansdatum of binnen een maand na een geoorloofde latere openbaarmaking, de stukken of vertalingen, genoemd in de onderdelen d en e.
2 Zijn in de groep of het groepsdeel waarvan de gegevens in de geconsolideerde jaarrekening zijn opgenomen, de in lid 1 onder f bedoelde rechtspersoon of vennootschap en een andere nevengeschikt, dan is lid 1 slechts van toepassing, indien ook deze andere rechtspersoon of vennootschap een verklaring van aansprakelijkstelling heeft afgelegd; in dat geval zijn lid 1 onder g en artikel 404 van overeenkomstige toepassing.
3 Voor een rechtspersoon waarop lid 1 van toepassing is, gelden de artikelen 391 tot en met 394 niet.
4 Dit artikel is niet van toepassing op rechtspersonen als bedoeld in artikel 398 lid 7.
Rechtspraak
Titel | Instantie | Datum | Nummer |
---|---|---|---|
Ontstaan aansprakelijkheid moedermaatschappij door eenzijdige 403-verklaring | Instantie Gerechtshof Den Haag | Datum 25-06-2019 | Nummer ECLI:NL:GHDHA:2019:3312 |
Rechter moet verzetsprocedure (art. 2:404 lid 5 BW) gegrond verklaren, ook indien de onderliggende vordering is betwist | Instantie Hoge Raad | Datum 31-03-2017 | Nummer ECLI:NL:HR:2017:546 |
403-verklaring vereist voldoende inzicht in eigen verplichtingen en niet in vermogen en resultaat dochtervennootschappen | Instantie Rechtbank Oost-Brabant | Datum 30-03-2016 | Nummer ECLI:NL:RBOBR:2016:1431 |
403-verklaring leidt tot op zichzelf staande eigen schuld | Instantie Hoge Raad | Datum 03-04-2015 | Nummer ECLI:NL:HR:2015:837 |
Vergeten 403-veklaring | Instantie Gerechtshof Amsterdam | Datum 23-07-2014 | Nummer ECLI:NL:GHAMS:2014:2887 |
Literatuur
Titel | Auteur(s) | Bron |
---|---|---|
Titel Een empirisch onderzoek naar de ontoereikende 403-verklaring; vooral de temporele reikwijdte blijft een probleem | Auteur(s) Etzel van Dooren | Bron Ondernemingsrecht 2024/71 |
Titel Een empirisch onderzoek naar de ontoereikende 403-verklaring; vooral de temporele reikwijdte blijft een probleem | Auteur(s) E.A. van Dooren | Bron OR 2024/71 |
Titel Een verdieping in enkele kwesties rondom de 403-verklaring en juridische splitsingen | Auteur(s) E. Holtman | Bron TOP 2022/378 |
Titel Proefschrift; drie stellingen. De aansprakelijkheid op grond van een 403-verklaring | Auteur(s) E.A. van Dooren | Bron WPNR 2021/7341 |