Ontbreken gelegateerde goed (art. 4:49 BW)
1 InleidingHeeft de erflater een bepaald goed of een op een bepaald goed te vestigen recht gelegateerd, dat ten tijde van het overlijden niet (meer) tot de nalatenschap van de erflater behoort, dan bepaalt art. 4:49 BW als hoofdregel dat het legaat vervalt. Dit is slechts anders indien uit de uiterste wil zelf is af te leiden dat de erflater de beschikking toch heeft gewild. De erflater kan zodoende ten tijde van het testeren (bewust) een goed legateren dat niet tot zijn vermogen behoort.…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 49
Artikel 49
1 Een ten laste van een erfgenaam gemaakt legaat van een bepaald goed, of van een op een bepaald goed te vestigen recht, vervalt indien het goed bij het openvallen van de nalatenschap daartoe niet behoort, tenzij uit de uiterste wil zelf is af te leiden dat de erflater de beschikking niettemin heeft gewild.
2 Kan in laatstgenoemd geval degene op wie de verplichting rust, zich het gelegateerde goed niet of slechts ten koste van een onevenredig grote opoffering verschaffen, dan is hij gehouden de waarde van het goed uit te keren.
3 Voor de toepassing van het eerste lid wordt een goed geacht niet tot de nalatenschap te behoren, indien de erflater tot overdracht van het goed verplicht was en deze verbintenis niet met zijn dood is tenietgegaan.
Rechtspraak
Titel | Instantie | Datum | Nummer |
---|---|---|---|
Veroordeling tot afgifte gelegateerde woning die gedeeltelijk niet tot de nalatenschap behoort | Instantie Rechtbank Noord-Nederland | Datum 15-03-2023 | Nummer ECLI:NL:RBNNE:2023:959 |