Verhaal van nalatenschapscrediteuren (art. 4:184 BW)
1 InleidingOp grond van art. 4:184 lid 1 BW heeft iedere nalatenschapscrediteur verhaal op de goederen van de nalatenschap. Het betreft alle in art. 4:7 lid 1 BW genoemde categorieën van crediteuren. Uit de uitspraak van Rechtbank Rotterdam (4 mei 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:5408) blijkt dat redelijkheid en billijkheid zich kunnen verzetten tegen verhaal op de nalatenschap ter voldoening van de kosten van lijkbezorging zoals bedoeld in art. 4:7 lid 1 onder b BW.In tegenstelling tot art. 4:182…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 184
Artikel 184
1 Schuldeisers van de nalatenschap kunnen hun vorderingen op de goederen der nalatenschap verhalen.
2 Een erfgenaam is niet verplicht een schuld der nalatenschap ten laste van zijn overig vermogen te voldoen, tenzij hij:
a. zuiver aanvaardt, behalve voor zover de schuld niet op hem rust of hij deze geheel of gedeeltelijk niet hoeft te voldoen ingevolge artikel 194a lid 2 en onverminderd de artikelen 14 lid 3 en 87 lid 5;
b. de voldoening van de schuld verhindert en hem daarvan een verwijt kan worden gemaakt;
c. opzettelijk goederen der nalatenschap zoek maakt, verbergt of op andere wijze aan het verhaal van schuldeisers der nalatenschap onttrekt; of
d. vereffenaar is, in de vervulling van zijn verplichtingen als zodanig in ernstige mate tekortschiet, en hem daarvan een verwijt kan worden gemaakt.
3 In ieder geval kunnen, wanneer uit de nalatenschap een uitkering heeft plaatsgevonden aan een erfgenaam die de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard, de schuldeisers van de nalatenschap zich op het vermogen van die erfgenaam verhalen tot de waarde van hetgeen hij uit de nalatenschap heeft verkregen. Artikel 223 lid 1 vindt daarbij overeenkomstige toepassing.
4 Hij die ingevolge lid 2 onder b of c met zijn gehele vermogen aansprakelijk is geworden, blijft dit ook na verwerping van de nalatenschap.
5 Lid 2 is van overeenkomstige toepassing op de verplichting van een erfgenaam tot nakoming van een last die bestaat uit een uitgave van geld of van een goed dat niet tot de nalatenschap behoort.
Rechtspraak
Titel | Instantie | Datum | Nummer |
---|---|---|---|
Niet-professionele erfgenaam-vereffenaar schoot niet ernstig en verwijtbaar tekort | Instantie Rechtbank Gelderland | Datum 07-02-2024 | Nummer ECLI:NL:RBGEL:2024:1877 |
Erfgenaam als vereffenaar ernstig tekortgeschoten en aansprakelijk voor voldoening uitvaartkosten | Instantie Rechtbank Den Haag | Datum 04-08-2020 | Nummer ECLI:NL:RBDHA:2020:10223 |
Literatuur
Titel | Auteur(s) | Bron |
---|---|---|
Titel Ernstig en verwijtbaar… De vrees van iedere erfgenaam-vereffenaar. ECLI:NL:RBGEL:2024:1877 | Auteur(s) B.W.J. Theunissen | Bron AdvoTip 2024/8 |