Kortstondig afwijken van aflossingsschema en betalingsregelingen (art. 3.119e Wet IB 2001)
1 Toetsmoment 31 decemberEen vereiste voor de kwalificatie van een onder het sinds 1 januari 2013 geldende aftrekregime vallende schuld als eigenwoningschuld is volledige aflossing volgens een in de geldleningsovereenkomst vastgelegd ten minste annuïtair aflossingsschema van ten hoogste 360 maanden (de zogenaamde aflossingseis). Dit betekent in beginsel dat wanneer in een kalenderjaar 1 euro te weinig wordt afgelost, de (gehele) schuld geen eigenwoningschuld meer is en verhuist naar…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 3.119e Kortstondig afwijken van aflossingsschema en betalingsregelingen
Artikel 3.119e Kortstondig afwijken van aflossingsschema en betalingsregelingen
1 Indien een tot de eigenwoningschuld behorende schuld van de belastingplichtige in een kalenderjaar op het toetsmoment, bedoeld in artikel 3.119c, zevende lid, onderdeel a, meer bedraagt dan het bedrag dat volgt uit artikel 3.119a, eerste lid, onderdeel c, (de aflossingsachterstand) blijft die schuld behoren tot de eigenwoningschuld, indien die schuld op 31 december van het daaropvolgende kalenderjaar niet meer bedraagt dan het bedrag dat volgt uit artikel 3.119a, eerste lid, onderdeel c, voor dat moment. De eerste volzin geldt niet indien de aflossingsachterstand vaker dan incidenteel voorkomt.
2 Indien een tot de eigenwoningschuld behorende schuld op 31 december van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan meer bedraagt dan het bedrag dat volgt uit artikel 3.119a, eerste lid, onderdeel c, voor dat moment, blijft die schuld behoren tot de eigenwoningschuld, indien:
a. de belastingplichtige aannemelijk maakt dat dit het gevolg is van onvoldoende betalingscapaciteit en de belastingplichtige per 1 januari van het tweede kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan contractueel een nieuw ten minste annuïtair aflosschema overeenkomt met de schuldeiser waarbij de schuld op de daaropvolgende toetsmomenten niet meer bedraagt dan de uitkomst van de formule van artikel 3.119c, eerste lid, waarbij wordt verstaan onder:
B0: de hoogte van de schuld ter zake waarvan sprake is van onvoldoende betalingscapaciteit, op 31 december van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan;
im: de nieuwe maandelijkse rentevoet;
x: het aantal verstreken gehele kalendermaanden van de looptijd vanaf 31 december van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan, en
n: de nog resterende maximale looptijd van de oorspronkelijke looptijd van de schuld in gehele kalendermaanden op 31 december van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan; of
b. de belastingplichtige aannemelijk maakt dat de aflossingsachterstand in het jaar volgend op het kalenderjaar waarin voor het eerst een aflossingsachterstand is ontstaan het gevolg is van een onbedoelde fout in de betaling of berekening van het aflossingsbedrag, en de eigenwoningschuld op 31 december van het tweede kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan niet meer bedraagt dan het bedrag dat volgt uit artikel 3.119a, eerste lid, onderdeel c, voor dat moment.
3 Indien de belastingplichtige aannemelijk maakt dat de betalingsproblemen zodanig zijn dat na vaststelling op de voet van het tweede lid, onderdeel a, van een nieuw ten minste annuïtair aflossingsschema per 1 januari van het tweede kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan, niet aan de nieuw vastgestelde aflossingseis kan worden voldaan, blijft die schuld behoren tot de eigenwoningschuld, mits de schuldeiser instemt met betalingsuitstel. De belastingplichtige komt vervolgens uiterlijk per 31 december van het vierde kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan, contractueel een nieuw ten minste annuïtair aflossingsschema overeen met de schuldeiser waarbij de schuld op de daaropvolgende toetsmomenten niet meer bedraagt dan de uitkomst van de formule van artikel 3.119c, eerste lid, waarbij wordt verstaan onder:
B0: de hoogte van de schuld, waarbij de betalingsproblemen zich voordoen, op het moment direct voorafgaand aan het contractueel overeenkomen van het nieuwe ten minste annuïtaire aflossingsschema;
im: de nieuwe maandelijkse rentevoet;
x: het aantal verstreken gehele kalendermaanden van de looptijd vanaf het moment direct voorafgaand aan het contractueel overeenkomen van het nieuwe ten minste annuïtaire aflossingsschema, en
n: de nog resterende maximale looptijd van de oorspronkelijke looptijd van de schuld in gehele kalendermaanden op het moment direct voorafgaand aan het contractueel overeenkomen van het nieuwe ten minste annuïtaire aflossingsschema.
4 Indien het tweede lid of het derde lid er niet toe leidt dat de schuld waarvoor een aflossingsachterstand is ontstaan toch tot de eigenwoningschuld blijft behoren, behoort die schuld per 1 januari van het tweede kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan, onderscheidenlijk per 1 januari van het vierde kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin aflossingsachterstand is ontstaan, niet tot de eigenwoningschuld.
5 Voor zover een tot de eigenwoningschuld behorende schuld van de belastingplichtige op een toetsmoment als bedoeld in artikel 3.119c, zevende lid, onderdelen b tot en met d, meer bedraagt dan het bedrag dat volgt uit artikel 3.119a, eerste lid, onderdeel c, behoort die schuld voor de toepassing van artikel 3.119a op het moment direct voorafgaand aan het toetsmoment niet meer tot de eigenwoningschuld. De eerste volzin is niet van toepassing indien het derde lid van toepassing is en de woning is vervreemd voor het verstrijken van het vierde jaar volgend op het kalenderjaar waarin de aflossingsachterstand is ontstaan.
6 Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld voor de toepassing van dit artikel.
Kennisdossiers
Titel | Categorie |
---|---|
Titel Eigen woning | Categorie Registergoederenrecht |
Wetsvoorstellen
Titel | Dossiernr. | Status | Samenvatting |
---|---|---|---|
Wet maatregelen woningmarkt 2014 II | Dossiernr. 33819 | Status In werking getreden | Samenvatting - |
Wet herziening fiscale behandeling eigen woning | Dossiernr. 33405 | Status In werking getreden | Samenvatting - |
Beleidsbesluiten
Titel | Instantie | Datum | Nummer | Samenvatting |
---|---|---|---|---|
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 23-09-2021 | Nummer 2021-20581 | Samenvatting | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 10-04-2014 | Nummer BLKB2014/506M | Samenvatting |
Titel | Instantie | Datum | Nummer | Samenvatting |
---|---|---|---|---|
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 28-06-2021 | Nummer 2021-117469 | Samenvatting | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 25-03-2021 | Nummer 2021-7241 | Samenvatting Dit besluit is een actualisatie van het besluit van 16 december 2020 (nr 2020-27806). Dit besluit bevat goedkeuringen waardo… | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 16-12-2020 | Nummer 2020-27806 | Samenvatting Dit besluit is een actualisatie van het besluit van 22 september 2020, nr. 2020-20122 (Stcrt. 2020, 50146). Dit besluit beva… | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 22-09-2020 | Nummer 2020-20122 | Samenvatting Dit besluit is een actualisatie van het besluit van 16 juni 2020, nr. 2020-109040 (Stcrt. 2020, 33204). Dit besluit bevat go… | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 16-06-2020 | Nummer 2020-109040 | Samenvatting Dit besluit is een actualisatie van het besluit van 6 mei 2020 (nr 2020-85139). Dit besluit bevat goedkeuringen waardoor een… | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 06-05-2020 | Nummer 2020-85139 | Samenvatting Dit beleidsbesluit bevat goedkeuringen waardoor een eigenwoningschuld die onder de fiscale aflossingseis valt, blijft behore… | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 27-02-2013 | Nummer BLKB2013/312M | Samenvatting Met ingang van 1 januari 2013 is de rente op een schuld die wordt aangegaan in verband met de eigen woning slechts aftrekbaa… |