Vervreemdingsvoordeel, overdrachtsprijs en verkrijgingsprijs (art. 4.19 - 4.24 Wet IB 2001)
1 Omvang van vervreemdingsvoordelenNaast de reguliere voordelen behoren tot het inkomen uit aanmerkelijk belang ook de vervreemdingsvoordelen (zie de toelichting op art. 4.12 Wet IB 2001). De omvang van deze vervreemdingsvoordelen wordt gesteld op de overdrachtsprijs verminderd met de verkrijgingsprijs. Als hoofdregel geldt dat als slechts een gedeelte van de in de aandelen of winstbewijzen besloten liggende rechten worden vervreemd, ook slechts een evenredig deel van de verkrijgingprijs in min…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 4.19 Vervreemdingsvoordelen
Artikel 4.19 Vervreemdingsvoordelen
1 De vervreemdingsvoordelen worden gesteld op de overdrachtsprijs verminderd met de verkrijgingsprijs. In geval van vervreemding van een gedeelte van de in aandelen of winstbewijzen besloten rechten wordt een evenredig gedeelte van de verkrijgingsprijs in aanmerking genomen.
2 Ingeval artikel 4.17a of artikel 4.17c toepassing vindt, wordt in afwijking van het eerste lid, tweede volzin, als verkrijgingsprijs in aanmerking genomen de verkrijgingsprijs die in aanmerking zou zijn genomen ingeval niet was verzocht om toepassing van artikel 4.17a, onderscheidenlijk artikel 4.17c, met dien verstande dat ingeval alsdan de verkrijgingsprijs meer zou bedragen dan de overdrachtsprijs, als verkrijgingsprijs wordt genomen een bedrag gelijk aan de overdrachtsprijs.
Artikel 4.20 Overdrachtsprijs
Artikel 4.20 Overdrachtsprijs
Onder overdrachtsprijs wordt verstaan de tegenprestatie bij de vervreemding, verminderd met de ten laste van de vervreemder komende kosten.
Artikel 4.21 Verkrijgingsprijs
Artikel 4.21 Verkrijgingsprijs
1 Onder verkrijgingsprijs wordt verstaan de tegenprestatie bij de verkrijging vermeerderd met de ten laste van de verkrijger gekomen kosten.
2 Indien een belastingplichtige aandelen of winstbewijzen van eenzelfde soort heeft met een verschillende verkrijgingsprijs, wordt de verkrijgingsprijs van die aandelen of winstbewijzen gesteld op de gemiddelde verkrijgingsprijs.
3 Indien bij een vervreemding een verkrijgingsprijs in aanmerking is genomen met toepassing van het tweede lid, wordt bij de berekening van de verkrijgingsprijs van de niet-vervreemde aandelen of winstbewijzen uitgegaan van de bij de vervreemding in aanmerking genomen verkrijgingsprijs.
4 Indien een inbreng heeft plaatsgevonden op de voet van artikel 3.65 kan de verkrijgingsprijs negatief zijn.
5 Bij algemene maatregel van bestuur kunnen, zo nodig nadere, regels worden gesteld met betrekking tot de omvang van de verkrijgingsprijs en het verminderen van belastingaanslagen ter zake van geconserveerd inkomen wegens vervreemdingsvoordeel uit aanmerkelijk belang voor situaties waarin zich een van de volgende situaties voordoet:
a. de verkrijger van de aandelen huwt met een persoon die in Nederland woont;
b. de verkrijger van de aandelen overlijdt en bij dat overlijden gaan krachtens erfrecht aandelen over op een in Nederland wonende natuurlijk persoon;
c. de verkrijger van de aandelen schenkt aandelen aan een in Nederland wonende natuurlijk persoon;
d. andere situaties waarin de aandelen krachtens een verdeling van een huwelijksgemeenschap of een verdeling van een nalatenschap weer terechtkomen bij een verkrijger die in Nederland woont.
Artikel 4.22 Correctie naar waarde in het economisch verkeer
Artikel 4.22 Correctie naar waarde in het economisch verkeer
1 Indien bij een vervreemding of verkrijging een tegenprestatie ontbreekt of is bedongen bij een niet onder normale omstandigheden gesloten overeenkomst, wordt als tegenprestatie aangemerkt de waarde die ten tijde van de vervreemding, respectievelijk de verkrijging, in het economische verkeer aan de aandelen of winstbewijzen kan worden toegekend.
2 Het eerste lid is ook van toepassing indien bij een vervreemding het belang in de vennootschap wordt behouden, behoudens in geval van uitgifte van aandelen.
Artikel 4.23 Verkrijgingsprijs bij ontstaan aanmerkelijk belang na verkrijging
Artikel 4.23 Verkrijgingsprijs bij ontstaan aanmerkelijk belang na verkrijging
Indien een aandeel of winstbewijs op een tijdstip na de verkrijging daarvan tot een aanmerkelijk belang gaat behoren, wordt de verkrijgingsprijs van dat aandeel of winstbewijs gesteld op de waarde in het economische verkeer die op dat tijdstip daaraan kan worden toegekend.
Artikel 4.24 Geen tussentijdse verliesneming
Artikel 4.24 Geen tussentijdse verliesneming
1 Indien de belastingplichtige aandelen of winstbewijzen vervreemdt maar zijn belang bij de activiteiten van de vennootschap direct of indirect geheel of nagenoeg geheel behoudt, wordt een negatief vervreemdingsvoordeel niet in aanmerking genomen.
2 Het negatieve vervreemdingsvoordeel dat op grond van het eerste lid niet in aanmerking wordt genomen, wordt:
a. indien de belastingplichtige aandelen in de vennootschap behoudt, gevoegd bij de verkrijgingsprijs van de overige aandelen in de vennootschap;
b. indien de belastingplichtige geen aandelen in de vennootschap behoudt, gevoegd bij de verkrijgingsprijs van de aandelen in de vennootschap door middel waarvan hij het belang direct of indirect heeft behouden;
c. indien de verkrijgingsprijs niet op grond van de onderdelen a en b is toegevoegd aan andere aandelen en artikel 4.16, vierde lid, is toegepast, gevoegd bij de verkrijgingsprijs van de winstbewijzen van de vennootschap waarin de belastingplichtige een aanmerkelijk belang heeft.
3 Het eerste en het tweede lid zijn, behoudens in gevallen als bedoeld in het tweede lid, onderdeel c,niet van toepassing indien het niet in aanmerking genomen negatieve vervreemdingsvoordeel niet gevoegd kan worden bij de verkrijgingsprijs van een aandeel.
4 Het eerste en het tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing indien de belastingplichtige aandelen of winstbewijzen vervreemdt aan zijn echtgenoot of partner of een van hun bloed- of aanverwanten in de rechte lijn of een vennootschap waarin een van deze personen een aanmerkelijk belang heeft, en hij een aanmerkelijk belang behoudt in de vennootschap waarop de aandelen of winstbewijzen betrekking hebben.
5 Dit artikel is niet van toepassing op vervreemdingen in de zin van artikel 4.16, eerste lid, onderdeel h, artikel 4.16, derde lid, en artikel 7.5, zevende lid.
Kennisdossiers
Titel | Categorie |
---|---|
Titel Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2) | Categorie Belastingrecht |
Literatuur
Titel | Auteur(s) | Bron |
---|---|---|
Titel Advieskosten inzake toepassing van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit: kosten ex artikel 4.20 c.q. artikel 4.21 Wet IB 2001? | Auteur(s) P. de Boer en R.P.C. Cornelisse | Bron WFR 2024/257 |