Vermindering van de aanslag (art. 53 SW)
1 InleidingDe aangifte erfbelasting moet binnen acht maanden na het overlijden van de erflater plaatsvinden (art. 45 SW). De aangifte schenkbelasting moet worden ingediend binnen twee maanden na afloop van het kalenderjaar waarin de schenking heeft plaatsgevonden (art. 46 SW). De wet voorziet in art. 53 SW een regeling voor teruggave van erf- of schenkbelasting indien door een gebeurtenis een verkrijging later afneemt of nihil wordt.Op hoofdlijnen zijn er twee redenen voor teruggave van schenk-…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 53
Artikel 53
1 Behalve in de gevallen bij deze wet voorzien, wordt vermindering van de aanslag of de conserverende aanslag verleend, indien en voorzover ten gevolge van een beroep op de legitieme portie, van de vervulling van een voorwaarde, van de uitoefening van een op de wet berustend terugvorderingsrecht, van de toepassing van artikel 33 van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek of van de uitoefening van een wilsrecht, voortspruitende uit ten sterfdage of ten tijde van de verkrijging reeds bestaande of ontstane rechtsverhoudingen, anders dan door opvolging krachtens een voorwaarde als bedoeld in artikel 21, tweede lid, wijziging wordt gebracht in de persoon van de verkrijger of in het verkregene. De eerste volzin is niet van toepassing bij de uitoefening van een wilsrecht als bedoeld in de artikelen 19, 20, 21en 22 van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek.
2 Het bedrag van de vermindering, bedoeld in het eerste lid, wordt verlaagd, maar niet verder dan tot nihil, met het bedrag aan belasting dat verschuldigd zou zijn geweest indien dat was berekend over het voordeel dat tijdens de bezitsperiode is genoten.
3 Het in het tweede lid bedoelde genoten voordeel is het bedrag van de waarde van het daadwerkelijk genoten voordeel over het verkregene gedurende de bezitsperiode, dan wel, indien het verkregene een vruchtgebruik is, de waarde van dat vruchtgebruik over de bezitsperiode.
4 De erfbelasting die van een verkrijger is geheven, wordt verminderd tot nihil indien over het verkregene, bij het overlijden van die verkrijger binnen dertig dagen na de verkrijging, nogmaals erfbelasting wordt geheven.
5 De vermindering wordt verleend op een verzoek dat geschiedt door het doen van aangifte. In deze aangifte wordt tevens de hoogte van het in het tweede lid bedoelde voordeel vermeld. De inspecteur beslist op het verzoek bij voor bezwaar vatbare beschikking.
6 In de gevallen, waarin de oorzaak tot de vermindering anderzijds aanleiding geeft tot heffing van belasting, kan de in het vorige lid bedoelde aangifte worden opgenomen in de overeenkomstig artikel 45, derde lid, in te dienen aangifte. In de andere gevallen moet die aangifte worden ingediend binnen acht maanden, nadat de oorzaak tot de vermindering is ontstaan.
7 De teruggave, waartoe een vermindering aanleiding geeft, kan geschieden door verrekening met het terzake van dezelfde nalatenschap of schenking verschuldigde.
Kennisdossiers
Titel | Categorie |
---|---|
Titel Echtscheidingstestament | Categorie Erfrecht |
Titel Legitieme portie | Categorie Erfrecht |
Titel Tweetrapsmaking | Categorie Erfrecht |
Titel Kennisgroepstandpunten Successiewet | Categorie Belastingrecht |
Nieuws
Rechtspraak
Wetsvoorstellen
Titel | Dossiernr. | Status | Samenvatting |
---|---|---|---|
Successiewet 1956 (modernisering 1-1-2010) | Dossiernr. 31930 | Status In werking getreden | Samenvatting - |
Literatuur
Titel | Auteur(s) | Bron |
---|---|---|
Titel De actio Pauliana in fiscalibus | Auteur(s) R. van Dijken | Bron WPNR 2024/7469 |
Titel Schenkbelasting en ontbinding van een schenking met wederzijds goedvinden | Auteur(s) R.D de Jong | Bron FBN 2024/4 |
Titel Tijdstip erfrechtelijke verkrijging bij vaststelling vaderschap erflater na diens overlijden | Auteur(s) I.J.F.A. van Vijfeijken | Bron BNB 2022/115 |
Titel Dwaling in de Successiewet (I) | Auteur(s) N.C.G. Gubbels | Bron WPNR 2020/7282 |
Titel Dwaling in de Successiewet (II) | Auteur(s) N.C.G. Gubbels | Bron WPNR 2020/7283 |
Titel Het fideicommis en de dertigdagenclausule | Auteur(s) R.E. Brinkman | Bron WPNR 2018/7204 |
Titel Art. 53 lid 2 Successiewet 1956: verlaging van de vermindering | Auteur(s) A.J. Janssen | Bron FBN 2022/15 |