Schenking afgezonderd particulier vermogen (art. 17 - 17a SW)
Met betrekking tot art. 17 SW is geen toelichting opgenomen. U kunt de actuele tekst van de wet raadplegen op het tabblad 'Wettekst'. Literatuur A.E. De Leeuw, 'Fictieve verkrijgingen, de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten en de bezitseis', WPNR 2016(7104) A.E. De Leeuw, 'De BV als APV', WPNR 2015(7067) A.E. De Leeuw, 'Afgezonderd particulier vermogen en (voorkoming van) dubbele belasting', WPNR 2013(6995)
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleWet- en regelgeving
Artikel 17
Artikel 17
1 Al wat wordt verkregen van een afgezonderd particulier vermogen als bedoeld in artikel 2.14a, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, op andere wijze dan bedoeld in artikel 16, wordt voor de toepassing van deze wet en de daarop berustende bepalingen, geacht door schenking te zijn verkregen van de persoon of personen waaraan de bezittingen en schulden van het afgezonderd particulier vermogen ingevolge artikel 2.14a van de Wet inkomstenbelasting 2001 worden toegerekend. De eerste volzin is van overeenkomstige toepassing met betrekking tot al wat wordt verkregen, op andere wijze dan bedoeld in artikel 16, ten laste van bezittingen als bedoeld in artikel 2.14a, zevende lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, met dien verstande dat in dat geval wordt geacht te zijn verkregen van de persoon of personen waaraan die bezittingen zonder toepassing van dat lid zouden zijn toegerekend.
2 Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld van ter zake van de in dit artikel bedoelde schenking.
Artikel 17a
Artikel 17a
Voor de toepassing van deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt de afzondering van vermogen, bedoeld in artikel 2.14a van de Wet inkomstenbelasting 2001, niet als verkrijging aangemerkt.
Kennisdossiers
Titel | Categorie |
---|---|
Titel Afgezonderd particulier vermogen | Categorie Belastingrecht |
Nieuws
Wetsvoorstellen
Titel | Dossiernr. | Status | Samenvatting |
---|---|---|---|
Successiewet 1956 (modernisering 1-1-2010) | Dossiernr. 31930 | Status In werking getreden | Samenvatting - |
Beleidsbesluiten
Titel | Instantie | Datum | Nummer | Samenvatting |
---|---|---|---|---|
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 17-02-2022 | Nummer 2021-0000270262 | Samenvatting | |
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 20-04-2010 | Nummer DGB2010/1572M | Samenvatting |
Titel | Instantie | Datum | Nummer | Samenvatting |
---|---|---|---|---|
Instantie Ministerie van Financiën | Datum 14-03-2006 | Nummer CPP2005/2748M | Samenvatting |
Literatuur
Titel | Auteur(s) | Bron |
---|---|---|
Titel Het APV-regime na het overlijden van de inbrenger en de toerekening aan (fictieve) erfgenamen | Auteur(s) X.G.R. Auerbach, J.P. de Boer | Bron WFR 2023/212 |
Titel Fictieve verkrijgingen, de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten en de bezitseis | Auteur(s) A.E. De Leeuw | Bron WPNR 2016/7104 |
Titel De BV als APV | Auteur(s) A.E. De Leeuw | Bron WPNR 2015/7067 |
Titel Afgezonderd particulier vermogen en (voorkoming van) dubbele belasting | Auteur(s) A.E. De Leeuw | Bron WPNR 2013/6995 |